In het trottoir voor Markt 47 liggen 5 koperen steentjes, zo genoemde Stolpersteine of struikelstenen. Zij zijn daar geplaatst als nagedachtenis aan joodse slachtoffers van het nazi-regime tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Maar waarom is Andries’ achternaam Wijzenbeek, terwijl de anderen Wijsenbeek heten? En is Andries inderdaad ‘overleden dec 1942’ en zijn de anderen op 14 mei 1943 in Sobibor vermoord?
De Stichting Stolpersteine onderzocht in 2012 de verschillende schrijfwijzen van de verschillende Wij – s/z – enbeeks op dit adres, maar kwam daar op dat moment niet uit.
In de publicatie ‘De Joodse graven aan de Achterweg’ schreef S. Lammers al dat de naam door de familie in 1811 werd aangenomen en op twee manieren geschreven werd.
Maar er waren ook twijfels over datum en plaats van overlijden van Andries. Het Memorboek, een verzameling van namen van in de oorlog omgebrachte Joden, was in 2012 nog in ontwikkeling en bood geen uitkomst. Niettemin besloot de stichting een steen voor Andries te plaatsen.
Het Joodsch Weekblad maakte op 18 december 1942 in een advertentie melding van het overlijden van Andries I. Wijsenbeek:
Ondanks de advertentie waren er twijfels. De voorzitter van Stichting Stolpersteine wees erop dat er in die tijd nep-rouwberichten werden geplaatst, waarna de doodverklaarde kon onderduiken. Dat leek te worden ondersteund door de vondst van een briefje van de burgemeester d.d. 1 april 1943, waarin om vrijstelling van deportatie wordt verzocht van A.I., G.I., J. en A. Wijsenbeek ‘wegens hun zeer hoge leeftijd’. Maar op de latere deportatielijsten ontbrak de naam van Andries weer.
In het hierboven genoemde boek van S. Lammers – waarin het grafregister van de Joodse begraafplaats aan de Achterweg is opgenomen – werd niets gevonden dat verwees naar een graf voor Andries. De oude Joodse begraafplaats aan de Westerwal was er ook nog, maar die was al sinds 1870 niet meer in gebruik.
Maar hoe konden Joden tijdens de bezetting hun doden begraven? Van een organisatie als de Joodse begrafenisvereniging was geen sprake meer. Geld was er nauwelijks. Zij mochten immers geen bezittingen meer hebben en hadden al in 1942 hun banktegoeden grotendeels moeten inleveren. Wat moesten hoogbejaarden doen met het lichaam van een gestorven broer in huis? Het meest waarschijnlijke lijkt achteraf, dat hij wel op de begraafplaats aan de Achterweg begraven is, maar dat er geen mogelijkheid was om een grafsteen te plaatsen.
Het bleef bij de stichting toch knagen, dat er geen overlijdensakte kon worden gevonden. Totdat kort geleden een doorzetter nog eens via de naam van Andries’ moeder – Walg – ging zoeken en zo bij het gezochte kwam: een overlijdensakte van 13-12-1942 van Andries Wijsenbek. Door de uitgebreide digitalisering van archiefstukken was ook zijn geboorteakte snel te vinden. Ook daarin werd zijn naam als Wijsenbek gespeld.
Andries Wijzenbeek – Wijsenbeek – Wijsenbek
Geboren, Culemborg op 17-12-1853
Overleden, Culemborg op 13-12-1942